De kwaliteit van natuur is goed/divers

Meerjarendoelen

2.2.3

De balans tussen ingrepen/faunabeheer en instandhoudingsdoelen bewaken en verbeteren

De provincie moet het belang van natuur zorgvuldig afwegen met allerlei andere belangen. Bijvoorbeeld als de bescherming van diersoorten negatieve effecten op economische activiteiten heeft. Of als natuurbelangen botsen. Adequate compensatie is van groot belang voor een goede balans tussen het in standhouden van de dier- en plantensoorten en het toestaan van ontwikkelingen die leiden tot ingrepen en schade in bos- en natuurgebieden (NNN).

Faunabeheer
Binnen dit meerjarendoel valt ook de zorg voor gezonde populaties, waarbij we alleen ingrijpen als soorten onevenredige schade veroorzaken (beheer en schadebestrijding). Faunabeheer is het planmatig en gecoördineerd beheer van diersoorten. De Faunabeheereenheid Utrecht (FBE) is opgericht om de belangen van de grondgebruikers te organiseren en gezamenlijk het faunabeheer te coördineren en planmatig uit te voeren. We hebben het Faunabeheerplan 2019-2025 van de FBE recentelijk goedgekeurd en op basis daarvan de gevraagde ontheffingen en opdrachten verleend.  

De evaluatie van de Utrechtse ganzenaanpak wordt eind 2020 afgerond en biedt, samen met resultaten van landelijke en internationale onderzoeken, bouwstenen voor een nieuw ganzenbeleid in 2021. De FBE voert een duurzaam faunabeheer uit dat past binnen de provinciale beleidsdoelstellingen.  
De komende jaren zal verder worden geëxperimenteerd met preventieve en alternatieve diervriendelijke beheermethoden, die we bij geschiktheid zo mogelijk meenemen in het beleid (uitvoering motie M5 d.d. 27-6-2011). Omdat de tegemoetkomingen in de door fauna veroorzaakte schade aan (landbouw)gewassen blijven stijgen, werken we in IPO-verband samen aan een beter beheersbaar systeem, waarbij de nadruk mogelijk meer op preventie komt te liggen.

Om aanrijdingen met wilde hoefdieren en andere wildsoorten te voorkomen, starten we in 2021 met het aanleggen van een wilddetectiesysteem langs de N226. Dit is een pilot, waarvoor we middelen vrijmaken in het programma “Oversteekbaarheid” (Mobiliteit).  

Vogelopvang
Wij continueren onze jaarlijkse financiële bijdrage aan de Vogelopvang Utrecht, onder andere voor het bijdragen aan de instandhouding van bedreigde soorten.

Transport en opvang van in het wild levende dieren
Van de € 50.000 die jaarlijks beschikbaar is voor de keten van transport tot opvang van in het wild levende dieren, reserveren we (jaarlijks) € 10.000 als noodfonds (inzetbaar in de vorm van incidentele subsidies) voor omstandigheden die zo kritiek zijn dat er gaten vallen in de keten. Het overige bedrag besteden we aan projecten die de keten versterken (cursussen gericht op het werven en vasthouden van vrijwilligers, het werven van fondsen en een vouchersystematiek).  
In IPO-verband werken wij samen met het Rijk aan het actualiseren van protocollen voor de opvang van dieren, ten behoeve van onze beleidsregels voor de ontheffingverlening.  

Programma invasieve exoten 2020-2021
Vanuit onze rol uit de Wet natuurbescherming (Wnb) coördineren wij sinds 2018 de aanpak van invasieve exotische dier- en plantsoorten1 indien deze een bedreiging vormen voor de biodiversiteit. In 2019 hebben wij het programma invasieve exoten 2020-2021 vastgesteld als opmaat naar een definitief programma. Binnen dit programma werken wij samen met onze stakeholders in het Platform invasieve exoten Utrecht. De kennis en ervaring die we nu opdoen binnen het huidige pilot-Programma Invasieve Exoten gebruiken we in 2021 bij het opstellen van een vernieuwd programma voor de vervolgperioden. Vooralsnog gaan we, op basis van de ervaring van afgelopen jaren, uit van eenzelfde budget voor de jaren 2022 en 2023. We zetten het budget in om invasieve exoten uit te roeien, beheersmaatregelen uit te voeren, gericht op Europese invasieve exoten en op soorten op de Utrechtse lijst en voor vaste programmakosten.

Aanpak Biodiversiteit in stad en dorp (herijking Utrechtse Aanpak)
Met de komst van de Wnb is de provincie samen met gemeenten verantwoordelijk voor het keren van het verlies aan biodiversiteit, onder meer door samen te werken bij het verlenen van vergunningen voor ruimtelijke ontwikkelingen. Wij blijven in dit verband initiatiefnemers stimuleren om natuurbelangen zo vroeg mogelijk mee te nemen en natuurinclusief te werken. Met een provinciale subsidiebijdrage stimuleren wij gemeenten om soortenmanagementplannen2 op te stellen.

We onderzoeken mogelijkheden om onze aanpak te verbreden, door meer betrokkenheid bij de energietransitie, klimaatdoelen en het bevorderen van de algemene bewustwording om biodiversiteit in stedelijke ontwikkelingen mee te nemen.  

Passieve soortbescherming (vergunningen en ontheffingen Wnb)
Bij de vergunningverlening gaat het om beschikkingen, besluiten en maatregelen die moeten waarborgen dat inheemse soorten blijven voortbestaan. Het streven is 90% van de vergunningen binnen de gestelde termijn te hebben afgegeven.

Natuur- en boscompensatie
In 2021 werken we verder aan betere registraties en beter vastleggen van de verplichtingen rond natuur- en boscompensatie als gevolg van uiteenlopende ruimtelijke ingrepen in de natuur en houtopstanden. We volgen de aanbevelingen in het eindrapport van de Randstedelijke Rekenkamer over de uitvoering van natuurcompensatie en hetgeen daarover in de Natuurvisie is opgenomen.

Monitoring
Door middel van monitoring houden wij de staat van instandhouding van de inheemse soorten en de habitats bij. Jaarlijks inventariseren wij 10% van het grondgebied van onze provincie. De monitoring is op basis van de Wnb verplicht. Om de monitoring goed af te stemmen op de wettelijke verplichtingen en de doelen van de Natuurvisie in samenhang te kunnen evalueren en bijsturen, werken we op basis van het in 2018 vastgestelde supplement Monitoring en bijsturing Natuurvisie. Tot nu toe rapporteren we de voortgang van het natuurbeleid jaarlijks met de Voortgangsrapportage Natuur. Daarnaast verschijnt driejaarlijks onze provinciale Rapportage Natuur waarin we onder andere over de stand van zaken van de biodiversiteit rapporteren.

In 2021 inventariseren wij het landelijke gebied van de Lopikerwaard. Daarnaast voeren we in 2021 wederom provinciebreed een onderzoek naar weidevogels uit. We leveren onze bijdrage aan het Landelijk Meetnet Flora en het Netwerk Ecologische monitoring en voeren de PAS-monitoring uit conform de afspraken. De verzamelde data slaan we op in de Nationale Databank Flora en Fauna (NDFF). Op basis van afspraken die we in het IPO maakten, verhogen wij in 2021 onze financiële bijdrage aan de NDFF. In 2021 vangen wij deze verhoging op binnen de bestaande begroting van programma 2.

We monitoren periodiek het ecologisch functioneren van de ecoducten en faunapassages. De resultaten verwerken we in de driejaarlijkse Rapportage Natuur. Het provinciale wegenbeheer voert periodieke technische inspecties uit van de fysieke onderhoudstoestand van de ecoducten, faunapassages en de bijbehorende rasters.   

We zien een trend waarbij men steeds hogere eisen stelt aan het in kaart brengen van de natuurkwaliteit/biodiversiteit en pleit voor versneld uitvoeren van de natuuropgaven en o intensiveren van kwaliteitsverbetering en herstelmaatregelen (o.a. als gevolg van de stikstofproblematiek). Bovendien wil het Rijk dat wij beter verantwoorden hoe we extra middelen inzetten en tot welke resultaten dit heeft geleid. Dit vraagt om intensivering en een kwaliteitsslag van de monitoring; wat leidt tot een kostenverhoging van 10% per jaar (€ 31.000). vanaf 2021.In 2021 vangen we deze verhoging op binnen de bestaande begroting van programma 2.

Beoogd resultaat 2021

  • De uitvoering van natuur- en boscompensatie is, overeenkomstig de aanbevelingen van de Randstedelijke Rekenkamer, beter af te dwingen door de vaststelling van aangepaste regels voor natuurcompensatie bij aantasting van het NNN en de Groene Contour in de interim Omgevingsverordening
  • 90% van de ontheffingen en vergunningen zijn binnen de tijd afgegeven
  • 5 aanvragen voor gebiedsgerichte ontheffingen op basis van een Soort(en) Managementplan (SMP) zijn afgehandeld
  • Er is een nieuw programma bestrijding invasieve exoten vastgesteld
  • 10% van de provincie is ecologisch gemonitord
  • Een aanpak voor biodiversiteit in stad en dorp is opgesteld
  • De Utrechtse weidevogelstand is geïnventariseerd
Deze pagina is gebouwd op 11/23/2020 15:13:47 met de export van 11/23/2020 15:04:57