Hoofdstuk 3: Paragrafen

3.3 Onderhoud kapitaalgoederen

In de Nota kapitaalgoederen Mobiliteit 2018 is een jaarlijkse budgetbehoefte van €17,3 miljoen begroot voor het beheer en onderhoud van de openbaar vervoerassets.  

Categorie

Begroting 2021

Begroting 2022

Begroting 2023

Begroting 2024

Openbaar Vervoer

17.300

17.300

17.300

17.300

Totaal lasten

17.300

17.300

17.300

17.300

De werkelijke kosten voor het beheer en onderhoud fluctueren jaarlijks. De verschillen worden toegevoegd aan- of onttrokken uit een bestemmingsreserve. De jaarlijkse onderhoudskosten worden inzichtelijk gemaakt in het Meerjarenonderhoudsplan (MOP). Het MOP is de begroting voor het onderhoud van de provinciale infrastructuur - wegen, vaarwegen en het openbaar vervoer assets. In het MOP 2020 zijn onderstaande onderhoudskosten begroot:

MOP 2021 x € 1.000

Vast

Variabel

Totaal

Infrastructuur

8.074

800

8.874

Trammaterieel

6.470

460

6.940

Gebouwen

980

400

1.380

Tramhaltes

721

0

721

Telematica

1.064

640

1.704

Algemene beheerkosten

605

1.052

1.657

Totaal

17.914

3.352

21.276

Te verrekenen inkomsten

614

Kadernota Kapitaalgoederen

17.300

Onttrekking reserve

3.352

Op de openbaar vervoer assets zijn er ook baten, met name uit de verhuur van de trams aan de concessiehouder (9,8 miljoen), en huur- en servicekosten van de gebouwen (0,5 miljoen). Deze posten staan elders op de begroting, omdat ze gerelateerd zijn aan de concessie U-OV en de daarin te verlenen exploitatiebijdrage. Hogere opbrengsten waaronder twee specifieke inkomstenposten, namelijk de beheerwerkzaamheden die de provincie in de nabijheid van de trambaan uitvoert voor andere partijen en de schade-uitkeringen, worden hier verrekend.

De beheer- en onderhoudskosten zijn in 2021 aanzienlijk hoger dan de meerjarenbegroting. Dat geldt zelfs voor de vaste kosten, die elk jaar terugkeren. De oorzaak daarvan ligt in de vernieuwing en uitbreiding van het tramsysteem met de Uithoflijn inclusief de aanwezige kunstwerken, een stijgend prijsniveau, en strategische areaaluitbreiding ten behoeve van het openbaar vervoer zoals de busstallingen en noodzakelijke personeelsvoorzieningen. Daarnaast is jaarlijks budget nodig voor variabele kosten. Nu zijn dat met name maatregelen om de aanpassingen van het tramsysteem te optimaliseren, en het beheer en onderhoud op orde te brengen. In de toekomst betreft dit de kosten voor groot onderhoud aan de assets. Om de toekomstige budgetbehoefte te bepalen wordt de Nota Kapitaalgoederen Mobiliteit 2018 in 2021 herzien voorafgaand aan de programmabegroting 2022. De basis hiervoor wordt gevormd door de meerjarige planning van beheer en onderhoud.   

Deze pagina is gebouwd op 11/23/2020 15:13:47 met de export van 11/23/2020 15:04:57